Septemberverklaring burgerenergie

28/09/2022

Coöperatieve windturbines bieden niet alleen meerwaarde voor milieu en klimaat; ze hebben ook een positieve impact op de energiefactuur van huishoudens. Dat is al bijna twee decennia het geval. Sinds de liberalisering van de Europese energiemarkt in 2003 en de start van het ‘coöperatief energiedelen’. Ondertussen maken al meer dan tien Vlaamse burgerenergiecoöperaties gebruik van de leveringsvergunning van de coöperatieve leverancier Ecopower. Sinds de energiecrisis is de positieve impact van burgerenergie op de huishoudelijke energiefactuur ronduit spectaculair te noemen.

Volgens de VREG V-test in juni 2022 waren de goedkoopste commerciële leveranciers gemiddeld 60% duurder dan het coöperatieve tarief. Tijdens de zomermaanden juli en augustus liep het verschil op tot 100% en sinds het begin van het schooljaar zijn de goedkoopste commerciële leveranciers gemiddeld 220% duurder. Vandaag is het coöperatieve tarief op jaarbasis gemiddeld ca. € 200 duurder dan het sociaal tarief, maar is het commerciële tarief gemiddeld ca.
€ 2000 duurder. Daarmee heeft burgerenergie een grotere impact op de energiefactuur van huishoudens dan alle maatregelen van alle regeringen samen.

Sinds begin 2022 heerst er bij gebrek aan nieuwe projecten een gedwongen contractstop voor burgerenergie. Vanaf 1 november wordt ook coöperatieve stroom noodgedwongen duurder omdat er te weinig productie-installaties in handen van de burgers zijn. Terzelfdertijd gaat de overheid bij producenten verwoed op zoek naar overwinsten.

Mochten 50% van de windturbines in Vlaanderen coöperatieve windturbines zijn dan hadden vandaag geen 60.000 maar wel 800.000 huishoudens hun energiefactuur onder controle. Ca. evenveel als er huishoudens van sociaal tarief genieten maar dan zonder impact op de begroting.

Vlaanderen hoeft daarvoor enkel een gelijk speelveld te voorzien voor burgerinitiatieven, zoals Europa voorschrijft in de directieven m.b.t. energiegemeenschappen. Sinds 2020 loopt er een verzoek van REScoop Vlaanderen aan het Vlaams parlement en de regering voor een initiatief gestoeld op Nederlands model. Daar voorziet het klimaatakkoord van 2019 in een verplicht participatieplan (tot 50% burgerparticipatie) op maat van de lokale gemeenschap als voorwaarde voor een vergunningsaanvraag.

Coöperatieve windturbines hebben een structureel positieve impact op de energiefactuur van huishoudens en op het democratiseren van onze energievoorzieningen. Niet voor eventjes maar voor eeuwig, in Vlaanderen worden omgevingsvergunningen immers verleend voor onbepaalde duur. Op de koop toe zou dat niet alleen het klimaat en de huishoudelijke energiefactuur ten goede komen, maar ook bijdragen aan het draagvlak voor windenergie en aan een sociaal rechtvaardige energietransitie.